2073 kilometer verder
Blijf op de hoogte en volg Sita
02 April 2017 | Italië, Montorio
‘Proost, op dag één, op nieuw leven, laten we gaan waar we niet waren gebleven -Typhoon’. Dat waren de woorden waarop we in Liège de eerste dag van ons nieuwe leven inluidde.
Reizen met een camper, betekent altijd een dak boven je hoofd. Betekent altijd kookgelegenheid en daarbij dus niet de angst hoeven ervaren om honger te voelen. Betekent altijd een ‘thuis’, een veilige haven. Het klinkt allemaal zo gemakkelijk en als enkel positief. De grootste uitdaging is voor ons ook niet het vinden van eten of een plek om te overnachten, het is het omgaan met enorm veel verschillende impulsen, mensen, situaties en ongemakkelijkheden. Er komen zaken naar boven waar we in het ‘normale’ leven niet vaak tegen op (hoefden te) botsen. Als het op ons pad kwam wel af en toe bewust mee omgingen, maar waar we nu pas echt dankbaar voor zijn. Het gevoel van complete contentheid. Op een plek die je niet kent, tussen mensen die je niet kent, die een taal spreken die je niet kent voel je je soms opgejaagd door de blikken die je krijgt, soms zelfs ongewild en dit zal nog wel veel vaker voorkomen. Dan is het een uitdaging je mentale kracht te gebruiken om dit van je af te zetten en je vervolgens bezig te houden met de ene kleine beslissing na de andere.
De onzekerheid is niet zozeer aanwezig door het niet voldoen aan een beeld dat mensen, klaarblijkelijk, opgemaakt uit sommige blikken, van je hebben. Het ontstaat uit het willen bereiken van een doel terwijl je niet weet waar je naar op zoek bent. We zeggen tegen elkaar en vooral tegen onszelf dat de reis het doel is, dit is wat we wilden. Uiteindelijk zullen we iets vinden en achteraf kunnen zeggen ‘dit is het al die tijd geweest’ Dat hoeven we niet uit te spreken, maar we zullen glimlachen naar elkaar, wetend dat het goed zit.
Het is ook geen kleine stap die we hebben gemaakt, daar zijn we ons heel bewust van. Met de tijd zullen we er achter komen waar we ons goed en waar we ons beter voelen. Tot nu toe lijkt er een verband te bestaan tussen een gevoel van ongemakkelijkheid en het slapen in een grote stad, zowel als tussen veiligheid en natuur en stilte.
— — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — —
We hebben veel stille namiddagen in het bos gespendeerd met een verrekijker en vogelboek bij de hand. We zijn duidelijk nog noobies en hebben tot nu toe geen enkele vogel (dwz. geen enkele vogel specialer dan een koolmees) met zekerheid kunnen herkennen en de meeste roepen die omschreven worden zijn nog als een soort rebus voor ons. We proberen te tekenen, alles op te schrijven wat herkenningspunten zouden kunnen zijn en een poging doen tot het geluid wat ze produceren te omschrijven in de hoop binnenkort een bijzondere vogel van ons lijstje af te strepen.
— — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — —
We hebben veel meer tijd voor dingen waarvoor we eerst tijd moesten vrij maken; lezen, schrijven, drie keer per dag een goede maaltijd bereiden. Dingen waarvan ik weet dat ze me gelukkig maken, maar mezelf andere prioriteiten voorschrijf. Voornamelijk omdat dat ‘verwacht’ wordt. De dingen waarvoor ik mijn ‘stapjes naar geluk’, om het zo maar te noemen, uitstel worden ook wel ‘’belangrijke dingen’’ genoemd.
Antwoorden op vragen die eerst moeilijk leken ‘’waar gaan we heen, wat gaan we doen?” kunnen we nu, na wat gewenning beantwoorden met een simpel antwoord; “waar we maar zin in hebben”.
Hierdoor word ik steeds bewuster van mezelf en keuzes die ik maak. “Waar heb ik eigenlijk zin in?” is een vraag die ik mezelf dagelijks moet stellen. Elke dag nadenken over wat ik wil, ik zie nu hoe belangrijk dat is voor het ontwikkelen van een ultiem geluksgevoel. Op sommige dagen voel ik me zelfzeker en is die vraag zo beantwoordt, dan ben ik gelukkig. Op andere lijkt het een on op te lossen puzzel. Dan is het een kwestie van me overgeven, nagaan wat me rust brengt, waar voel ik me goed. Uiteindelijk zal ik het altijd vinden, want het zit in me en als ik daar achter kom, dan ben ik gelukkig.
— — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — —
Het buitenland effect, wat is dat toch. We hebben het geprobeerd te analyseren en zijn tot nu toe tot de volgende observatie gekomen. Je loopt door Amsterdam, je ziet iemand die je kent en groet diegene. Jullie wegen scheiden weer en je loopt verder, er komt iemand jouw richting op lopen en als diegene dichtbij genoeg is om te zien dat je diegene niet herkent, stel je je niet in op een begroeting, en misschien wel op het expres vermijden van oogcontact. Wellicht heb je die andere persoon niet eens opgemerkt.
Je loopt door een stad in Italië, je ziet niemand die je kent en hoort om je heen alleen Italiaans. Totdat je oor iets opvangt, je kijkt om je heen en ziet mensen praten die er niet uit zien zoals de meesten hier. Als je dichterbij komt hoor je dat ze er niet alleen, net als jij, anders uit zien, ze spreken ook nog eens een andere taal, jouw taal! Je zegt iedereen vriendelijk gedag en bent zo enthausiast als tegen vrienden die je een lange tijd niet gezien hebt.
Om de een of andere reden voel je een zo veel sterkere band met ‘’landgenoten’’ die je tegenkomt in het buitenland. Wellicht omdat je in de minderheid bent en hoe minder hoe bijzonderder, dat kan de reden zijn van het voelen van deze connectie. Daarnaast is het ook speciaal dat deze mensen, uit jouw (in dit geval kleine) land, ervoor gekozen om naar precies dezelfde plek af te reizen als jij. Toeval? Wie weet. Hoe het dan ook in elkaar steekt, het voelt in iedergeval om het op zijn Hollands te zeggen ‘gezellig’.
— — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — —
Ik besef pas hoe onrustig ik kan zijn in mijn hoofd, als ik rust heb gevonden. Die rust wordt op zijn beurt weer onderbroken door een streven, een meer en beter willen, wat weer onrust veroorzaakt. Ik zie dit niet als negatiefs, maar juist een mooie mogelijkheid om meer te leren, te ontwikkelen, zolang ik de momenten van rust kan gebruiken om mezelf weer op te laden. Zo zal ik zelfs groeien, alles beter begrijpen, mezelf beter begrijpen en hopelijk zelfs grootsheid een beetje beter begrijpen.
Oh Grootsheid,
ik wil groot zijn.
Niet meer klein, maar verreikt zijn.
Niet verdrinken in onwetendheid,
verrijkt door Uw wijsheid.
Niet daar beneden,
waar U neerkijkt op mijn zijn.
Me begeven op Uw terrein.
Van een hoog punt genieten,
alles zo nietig.
Door de kracht van inzicht,
die ik bezit.
Waar Uw gulheid zich vertaalt
in mijn geluk.
— — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — —
Van begin van de reis tot nu zijn we op zowel snelwegen als kronkelige landweggetjes veel campers tegen gekomen. Inmiddels hebben we een soort patroon kunnen ontdekken. Ten eerste, de gemiddelde leeftijd van stellen die in een camper rijden is 70. Ten tweede, de man rijdt altijd en de vrouw staart altijd verveeld voor zich uit. En last but not least, elke vrouw heeft een kort pittig kapsel. Uit dat laatste kunnen we concluderen dat het slechts een kwestie van tijd is tot ik er bij mezelf de schaar in zet en een kek kleurtje uitkies bij de kapper. Gelukkig zijn we allebei nog jong, dus zit het nog wel goed met ons.
— — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — —
Dwalend over land,
gaan wij hand in hand.
Golvend, over bergen en muziek,
een mooie melodie.
Liefs uit Montorio, Italië.
-
02 April 2017 - 19:09
Jazz:
Heel mooi geschreven. Ik denk aan jullie! -
03 April 2017 - 04:55
Ignace:
Prachtig Sita dankjewel =) -
05 April 2017 - 12:49
Kees:
Heel mooi ik heb het uitgeprint voor Matyixxx
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley